December, de mens & zijn gemoed
Wat een heerlijk vooruitzicht. December, donkere maand van zure plicht. Eten, drinken, shoppen, met zere voeten van winkel naar winkel hoppen. Denk ook aan al dat familiebezoek. Eén advies: duik dan subiet met een boek in een stille hoek. Om dat geklets over ziektes te ontlopen. En om te hopen dat de verbeelding het triviale kan vervangen en zacht ritselende bladzijdes de eeuwige schoonheid kunnen vangen. December is gemakkelijk te typeren met twee woorden die ons burgerdom karakteriseren. Wat zijn die woorden die velen doen verkassen naar verre oorden? Lekker en gezellig zijn de yin & yang van onze nationale diepgang. Straks, met Kerst en oudjaar kraaien we ongetwijfeld weer tegen mekaar: ‘Oh, wat zitten we toch gezellig bij elkaar.’ Onze gasten behandelen we nooit als een schoffie, want altijd vragen we: ‘Wilt u een lekker bakje koffie?’ Bij de tandarts krijg je gewis te horen: ‘Ga toch lekker zitten, dan slijpen wij vast de boren.’ Ja, onze gevoelens en nationale identiteit kunnen de meesten in die twee woorden kwijt. Maar dan komt iets in mij in opstand. Want waren wij niet al eeuwen geleden gestand tegen de Spanjool, de overheerser en het water? Maakten onze voorvaderen geen prachtige schilderijen voor later? Waren wij het niet die debatteerden over euthanasie, toen anderen nog bezig waren zich te vermeien in fantasie? Denken en doen zitten ons in het bloed. Want voerden wij geen Tachtigjarige Oorlog over het Kwaad tegenover het Goed, en over de kennelijk immer durende strijd van de menselijke identiteit? Over identiteit gesproken. Daarover kan het tijdens de Kerst goed spoken. Want al die mensen bij elkaar, daarvan worden we pas goed gaar. Oude vetes worden opgerakeld en door de drank is menigeen snel afgetakeld. Maar wees gerust, er is veel literatuur die de gemoederen sust. Voor waar ik ben klaar voor de komende, duistere tijden die ook ik niet kan mijden. |